woensdag 28 februari 2007

jeugd Ester

Het gezin van Jan van der Deijl en Elisabeth van Rijn woonde in het huis "het Noorden". Het huis stond op het duin aan de Oranjeweg. Er was een grote tuin bij (zie over dit huis ook het verhaal bij huis nr 8 van Aad en Ester).
Op de linkerfoto zie je Ester spelen in he duin met de bolderwagen. Op de foto daarnaast zie je Ester met neefje Daan Noort (de oudste zoon van haar Tante Ko van Rijn en Oom Dirk Noort) in de mandenmakerij van haar opa (Willem van Rijn) in Rijnsburg.
Op de derde foto zie je Ester voor het huis staan. In het linkerdeel, "het Zuiden", woonde haar oma Hester plug met haar nicht Hester. Ester woonde in het rechter deel, "het Noorden". Ester en Truus sliepen boven met z'n tweeën op één kamer.
Op de vierde foto opnieuw het huis, met op de voorgrond Ester en Truus die met Ankie van Rijn met een pony aan de gang zijn. Ester schrijft over deze ponyrit: "De pony is waarschijnlijk van de familie Beuk. Zij woonden aan de overkant van de Oranjeweg. de Fa. Beuk was en is een groot autobedrijf. In die tijd hadden ze een paardenstal en koetsen maar ook taxi's en tourbussen en luxe auto's voor bruiloften en begrafenissen en dagtochten of vakantievervoer. In de zomer hadden ze een rijtuigje met die pony ervoor op de boulwvard rijden met Beuk-kinderen als koetsiers compleet met hoge hoed .Tegen betaling kon je een ritje maken."

Op de vijfde foto zie je het interieur van de grote woonkamer. Op feestdagen werd de haard aangemaakt. Moeder Elisabeth serveerde dan zelfgemaakte advocaat. Wanneer het sinterklaas was, kregen Ester en Truus vaak zelfgemaakte poppenkleertjes van hun moeder. Ester had een lichtgekleurde schildpadpop, Truus eentje met een donkere huidskleur. Ze kregen broekjes, jasjes, pyjama's en zelfs gehaakte capes.

De kleren die Ester en Truus droegen, maakte hun moeder Elisabeth van Rijn ook zelf. Ze hadden een bruine plooirook, met een aangenaaid mouwloos hemdje.

Ester kreeg vaak van haar vader Jan van der Deijl op haar kop.

Jan en Elisabeth hadden 's zomers altijd badgasten. In die tijd speelden Ester en Truus veel buiten. Ze werden er zo bruin van, dat de mensen vaak niet wilden geloven dat zij geen Indische of Italiaanse, maar Nederlandse meisjes waren. Vooral als er gasten waren, was het een gezellige tijd.

Ester ging naar de (gereformeerde) lagere School met den Bijbel in Noordwijk. Hiernaast zie je een schoolfoto van Ester (links) en haar zuster Truus (rechts, met strik). Daarna heeft Ester de 3-jarige MULO A gedaan. Ook in de oorlog. Het huiswerk moest zij maken bij het licht van een olielamp omdat er geen elektriciteit was.

Ze ging vaak bramen plukken bij Zandvoort. Dan kreeg ze allemaal schrammen op de benen. Als ze dan langs het strand terug ging en door het zeewater liep deed dat goed zeer, maar het genas weer snel. Bij het bramen plukken is Ester in de oorlog ook een keer door de Duitsers opgebracht. Er waren toen nog duinen vanaf de Quarles van Uffordstraat tot en met de Hoogwakersbosstraat. In die duinen lag een stuk golfterrein. Ester ging dan met haar nichtje vanuit de Quarles via een zwart sintelpad het duin in richting golfclubhuis, waar de Duitsers zaten. Ze zochten die keer een stukje achter de afrastering van rollen prikkeldraad, want daar stonden natuurlijk de prachtigste bramen. Via een plankje kon je over het prikkeldraad heen komen. Ze keken goed of er niemand aan kwam, toen stonden er plotseling twee Duitse soldaten voor hun neus die vroegen wat ze daar deden. Ester en haar nicht werden meegeno­men naar het clubhuis en moesten een poos wachten. Daarna zijn ze weer vrijgelaten. Ester dacht wel "wat jullie ook doen mijn bramen krijg je niet". Ze heeft het daarna nooit meer zo gedaan.
In 1942/43 bleef Ester gewoon in bed liggen tijdens het bombardement van de Engelsen op Valkenburg en Noordwijk. Je kon de Tommies loeiend horen overvliegen en de bommen vielen fluitend naar beneden. Op een gegeven moment stond Noordwijk van Binnen tot Zee in de fik. Later in de oorlog kon ze de V1's zien over komen. Aan het begin van de oorlog ontploften er wel mijnen op het strand.

Ester en Truus moesten in de oorlog onder andere de mest en de voetsporen van de koeien, die in 's nachts de kelder onder "het Noorden" illegaal geslacht werden wegwerken.
Toen het gezin in 1944 moest evacueren wegens het leggen van een mijnenveld, heeft Ester haar vader geholpen met het blinderen van "het Noorden". Alle ramen werden dichtgetim­merd. Haar vader heeft toen de kop van zijn hamer rakelings langs haar hoofd laten vallen. Het gezin evacueerde naar de Quarles van Uffordstraat.
In de hongerwinter was er niet veel te eten. Ester en Truus gingen soms met een winterpeen tegen de honger naar bed. Juist in die hongerwinter was haar moeder Elisabeth van Rijn zwanger geworden. Toen de geboorte dichterbij kwam, ging Ester met haar vader de wieg en nog wat andere spulletjes uit "het Noorden" halen. Op een gegeven moment moesten Ester en Truus op zolder gaan slapen (op de Quarles). Toen ze de volgende ochtend beneden kwamen, was hun broertje Pieter Leendert geboren.

Ester slaagde in 1946 voor haar MULO-A. In die zomer heeft ze ook een typdiploma gehaald dat duurde 4 maanden. Daarna ging zij solliciteren.

Ester was eerst gereformeerd

Ester was van huis uit Gereformeerd. Het gezin van haar ouders kerkte in de Buurtkerk in Noordwijk aan zee. Ester's vader ging 's ochtends met de kinderen naar de kerk. Haar moeder ging meestal 's avonds om vijf uur. Vader ging dan samen met de kinderen pelpinda's eten. 's Zondags was de dag dat hij uit de Bijbel las. Moeder deed dat de rest van de week. Als vader uit de Bijbel ging lezen wilde Truus altijd naar de wc. Vader werd dan boos en riep: "Dan doe je er maar een kurk in!" Vader sprak de letter "h" meestal niet uit waar dat wel moest, terwijl hij hem soms op de verkeerde plaatsen wel uitsprak. Aan tafel leidde dit soms tot hilarische momenten wanneer hij las over de "hengelen in de emelen".

Tijdens een zondagse kerkdienst op 21 september 1947 zat Ester naast haar oma Hester Plug in de kerkbank. Haar oma kreeg toen een beroerte. Ze moest de kerk worden uitgedragen, en heeft daarna nog een een halve dag in coma gelegen voordat ze overleed. Rond het overlijden van Hester Plug (zijn moeder) is er waarschijnlijk iets gebeurd waardoor Ester's vader niet meer naar de kerk ging. Ester's moeder bleef wel gaan met de kinderen. Ester en Truus zijn toen een tijdje zondagschooljuf geweest. Op de foto zie je Ester tijdens een uitje van die zondagschoolklas. Allemaal op de fiets naar Aerdenhout of daar in de buurt. Er was daar een soort park. Het moet tussen 1950 en 1954 geweest zijn.

In diezelfde kerk heeft Ester belijdenis van haar geloof afgelegd, op 18 mei 1952. Op de foto zie je de kaart die Ester kreeg ter gelegenheid hiervan, ondertekend door de plaatselijke predikant, ds Bouma. Ester schrijft over ds Bouma en over de verkeringstijd met Aad:

"Ds Bouma was een othodoxe dominee. Dat was eigenlijk niets voor mij. Maar ik ging wel bijna elke zondag naar zijn dienst. Een alternatief was er eigenlijk niet en ik was ook geen dominee-loper. Wel was Ds Bouma goed in catechesatie. Daar heb veel geleerd van zijn bijbeluitleg.
Wij kregen verkering op Goede Vrijdag 1954. De zondagen brachten we (Aad en Ester dus) door met koffie bezoek na de kerk aan de wederzijdse ouders en 's middags wandelen als het goed weer was. En anders in Rijnburg of Noordwijk praten en lezen en spelletjes doen. Soms op bezoek bij kennissen.

Wij zijn niet in de Buurtkerk getrouwd, maar in de Hervormde Kerk aan zee. Dat was nou juist wat de ellende gaf met Aads ouders. Zij waren fel tegen de Gereformeerde kerk. Maar toen ik aan Ds Bouma vroeg, of ik in mijn eigen kerk kon trouwen en dan Hervormd worden, zei hij: "Dat kan niet, Ester, want dan moet je je kinderen GEREFORMEERD opvoeden." Dus zijn we toen in de Hervormde kerk getrouwd. Mijn ouders lieten het aan mij over; zij bemoeiden er zich niet mee."

Meer over de huwelijksdienst vind je in het stukje over de huwelijksdienst.

jeugd Aad


Hiervoor zie je enkele jeugdfoto's van Aad. Op de eerste foto zie je Aad, Joop en Wim. Op de derde foto zie je Wim, Joke, Janna (hun moeder) en Aad op het strand. Klik op de foto's om een grotere versie te bekijken.

Het volgende stuk is door Aad zelf geschreven:
"Ik heb een ansichtkaart in mijn verzameling gevonden, waarop je een goed inzicht krijgt van het straatje waar ik ben opgegroeid, en zo is het ook in m’n herinnering. Het straatje heette het Hofje, een doodlopend straatje. Eind dertiger jaren werd de inrichting en de naam veranderd in Noordeinde en werd het een doorgaande straat. De straat werd opnieuw ingericht.

Op het plaatje (klik erop om een vergrote versie te bekijken) zie je een tweesprong : rechtsaf de Koestraat en links af het Hofje (Noordeinde). Aan het begin zie je een paard staan, daar was de smederij van “Gerrit de smid”; ook het paarden wagentje hoorde daarbij. Verderop in het Hofje staat een voertuig ik denk een brik, op die hoogte woonden wij en ook het bedrijf van mijn oma en opa stond daar. Ook zie je de bomen, die mijn moeder gebruikte om mij aan vast te binden. Verkeer was er niet: alleen handkarren en een enkele bakfiets. M’n oma, die naast ons woonde had daar een soort kruidenierswinkeltje à la Albert Heijn op de Zaanse Schans. Wij stonden op onze klompen naar het lekkers te kijken, dat voor het raam lag.
Onze ouders vonden het beter dat Joop en Aad in Leiden naar school gingen, een ULO school met als hoofd de heer Gathier. Altijd op de fiets. De laatste tijd van de oorlog was er geen school meer of we konden niet.

Gedurende de jaren vanaf 1943 tot het einde ben ik koerier geweest voor de afd. Leiden van de “ondergrondse” waar mijn vader ook bij betrokken was. Meestal betrof het illegale krantjes, die een aantal mensen rondbezorgden. Ook bracht ik pakjes en krantjes naar Katwijk bij een fietsenmaker. Ook het geld, dat de mensen doneerden moesten we verantwoorden b.v. Tra fl. 10.--, LNS fl. 5.-- enz. Dit stond dan in de krantjes een paar dagen later. Eenmaal heb ik goed in de rats gezeten. Ik fietste van Leiden naar Rijnsburg, er stonden gewapende Duitse militairen bij het voormalige kruithuisje bij de Tesselschadestraat; ik kon dus niet meer terug of afslaan, dus op hoop van zegen verder; allemaal in de rij; ik met een volle schooltas achter op m’n damesfietsje met blokken aan de trappers. Iedereen werd ondervraagd en ik mocht gelijk door. De schooltas hoefde niet open. Het was wel schrikken, maar we gingen er toch mee door. Tot het eind van de oorlog (WO II). Na de bevrijding was er feest in de Stadsgehoorzaal met o.a. Corrie Vonk en Wim Kan. Bij die gelegenheid kregen wij, Joop en ik, een oorkonde (klik erop om een vergrote versie te bekijken).
M’n Vader was hierin veel dieper betrokken, maar hoe minder wij wisten, hoe beter. Ook hadden wij voor en in de oorlog inkwartiering: voor de oorlog: Hollandse officieren met paarden en hun vrouwen. Zij de beneden verdieping en wij boven. Later kregen we een Duitse officier, een aardige vent, Kurt was zijn naam. Het liefst waste hij zich buiten onder de pomp. Dan mochten wij pompen. Totdat hij ook naar het front moest. Hij had het over fahren gegen Engeland. M’n Vader kon aardig Duits met hem praten. Hij zei eens: "Unsere Zeit kommt auch". Daar moest Kurt om lachen.
Over hoe het werk dat Vader en wij deden toch bekend werd bij mensen die dat niet mochten weten het volgende: op drie Maart 1944 zaten we met ons gezin aan het avondeten toen er gebeld werd. Moeder deed open, en daar stond een mooie vrouw, goed gekleed op naaldhakken, die Vader wilde spreken. Toen Vader naar de voordeur liep, kwam ze in de gang staan en vertelde dat er die nacht een razzia zou worden gehouden en dat hooggeplaatste inwoners van hun bed zouden worden gelicht. Uiteraard wisten we gelijk wie die vrouw was: zij verkeerde in hoge Duitse kringen. Vader nam deze mededeling bloedserieus en ging op de fiets de notabelen van Rijnsburg af. O.a. Ds Van Niftrik en dokter vd.d.Laan (dat weet ik zeker). M’n broer Wim ging naar Warmond (hij was onderduiker). Waar Vader naartoe gegaan is weet ik niet meer, maar de enige die van bed werd gelicht was de Burgemeester, op vier Maart 1944, de verjaardag van mij en m`n zus. Vader’s Leidse connecties dachten dat de burgemeester fout was. M’n Vader had nadrukkelijk gevraagd het verder door te geven aan diegenen, waarvan ze wisten dat die gevaar konden lopen. Zij allen waren die nacht vertrokken, maar met name dokter v.d.Laan wist dat de burgemeester aan de goede zaak werkte. Deze vrouw, die geschuwd werd, kwam met gevaar voor eigen leven dit vertellen en de huisarts v.d.Laan bleef in gebreke. Piet Sik en de rest werden wel ingelicht. (Z’n commentaar was: Hij was toch niet weggegaan). Maar niet geschoten is altijd mis. Burgemeester G. Hermans kwam nooit meer terug. De naam van de vrouw is/was Roza de Mooij. Deze vrouw verdient rehabilitatie, (haar hart zat op de goede plaats) en dokter v.d. Laan de koude douche.
Voor de hongerwinter zocht m’n Vader een uitweg om aan voedsel de komen. Zo pompten wij olie op bij een villa aan de Zijdeweg in Wassenaar op de buitenplaats van Freule van Lijnden. De olie werd in drums gepompt; ook werden er een paar bomen gekapt als camouflage. Teun van Delft, die een ploegbedrijf had op de Sandlaan, haalde de vaten op een sleperswagen met een sterk paard naar Rijnsburg. Die operatie was niet zonder gevaar. De V I werd op de aangrenzende buitenplaats afgevuurd en olie was in heel Nederland niet te vinden. Toen de olie nog geen uur bij ons in de schuur lag, kwam veldwachter van Veen al poolshoogte nemen. M’n Vader is toen met de Gaarkeuken overeengekomen, dat er twee schepen van konden varen naar Friesland om voedsel te halen, en dat er een bovendekse lading naar Wassenaaar ging en uiteraard voor onszelf. Heel Rijnsburg heeft hiervan gegeten.
Voor vlees had Vader de oplossing: konijnen. Op een moment hadden wij er 100, van klein tot groot. Dagelijks gras snijden viel niet mee, want wij waren niet de enigen. Voor melk had hij de oplossing: een geit (vreet ook gras). Ik moest leren melken, maar voor het zover was moest zij eerst jongen. Dus Joop en ik naar de Sandlaan om de geit te laten dekken bij de bok. Dat deed “Men”, die werkte bij een boer bij ons in de straat. Toen we in de Baron van Wassenaarstraat aankwamen en vroegen om de geit te dekken, was het antwoord (ik zal het nooit vergeten): “Vader is niet thuis en Moeder dekt geen gàiten”. Later is het wel gelukt: we kregen een jong geitje, maar weinig melk."

Schoonzuster Leny vulde dit laatste verhaal nog aan: Toen de geit gejongd had, probeerde Johan (Aad's vader) de geit te melken, maar er kwam niks. "De Zoeker" werd erbij gehaald, en toen lukte het wel: maar liefst een half kopje melk kreeg hij eruit. Johan moet toen zo teleurgesteld zijn geweest, dat hij zei: "Dan moet hij maar de pot in". Zo gezegd, zo gedaan. Toen Joop (de broer van Aad) thuiskwam en merkte dat de geit geslacht was, ging die helemaal uit zijn dak: "Moordenaars!".

Aad sluit dit stukje af met het volgende:
"Toen de oorlog afgelopen was, zei m’n Vader: "En nu aan het werk”. Het werd banketbakkersleerling, bij van Dam op de Steenstraat in Leiden." Over de verschillende werkgevers die Aad gehad heeft tot aan het moment dat hij in militaire dienst moest, is een apart stukje geschreven.
Hieronder zie je een foto van Aad's ouderlijk huis aan het Noordeinde te Rijnsburg.

vernoeming van de kinderen

Gevraagd naar de herkomst van de roepnamen van hun kinderen schrijven Aad en Ester het volgende: "Elsbeth is vernoemd naar Esters moeder. Die noemde men Bets: dat vonden wij niet zo mooi, en Elsbeth is leuker ook voor een klein kind.!
Annja is vernoemd naar Aad's moeder. Die noemde men bij haar doopnaam Janna. We hebben de letters omgedraaid (vandaar de tweemaal N) . Ook dat vonden we leuker.
Joep is vernoemd naar Aad's vader Johan. Die noemden ze Joop. Op z'n Engels uitgesproken is dat Joep. Ook hier vonden we dit leuker."

Alledrie de namen gaan ver terug in het voorgeslacht.
In het volgende lijstje zie je waar de naam Elisabeth (Elsbeth dus) vandaan komt. Je moet wel twaalf generaties teruggaan om de eerste persoon te vinden met de naam Elisabeth. De personen waarnaar vernoemd is staan vetgedrukt.

  1. Elisabeth Ackerman (trouwde ca 1634 te Rijnsburg met ds Theophilus Copius)
  2. ds Theophilus Copius (hun zoon, trouwde 1675 in Rijnsburg met Elisabeth van Hof)
  3. Elisabeth Josijn Copius (hun dochter, trouwde ca 1702 te Rijnsburg met Harmen Roseeuw)
  4. Grietje Roseeuw (hun zoon, trouwde ca 1730 te Rijnsburg met Daniël van der Kwaak)
  5. Lijsbeth van der Kwaak (hun dochter, trouwde in 1760 te Rijnsburg met Cornelis van der Vijver)
  6. Prijna van der Vijver (hun dochter, trouwde in 1791 te Rijnsburg met Gerrit de Haan)
  7. Elisabeth de Haan (hun dochter, trouwde in 1820 te Rijnsburg met Samuel de Mooij)
  8. Abraham de Mooij (hun zoon, trouwde in 1849 te Rijnsburg met Geertrui Paauw)
  9. Elisabeth de Mooij (hun dochter, trouwde in 1870 te Rijnsburg met Amerik van Beelen)
  10. Geertruida van Beelen (hun dochter, trouwde in 1903 te Katwijk met Willem van Rijn)
  11. Elisabeth van Rijn (hun dochter, trouwde in 1929 te Rijnsburg met Jan van der Deijl)
  12. Ester van der Deijl (hun dochter, trouwde in 1957 te Noordwijk met Adriaan Jacobus Schild)
  13. Elisabeth Schild (is dus Elsbeth)
In het volgende lijstje zie je waar de naam Janna (Annja dus) vandaan komen. Je moet wel elf generaties teruggaan om de eerste persoon te vinden met de naam Janna of Jannetje. In de vierde generatie vind je dat er zowel aan vaders- als aan moederskant is vernoemd. Daarom geef ik de eerste drie generaties tweemaal weer. De personen waarnaar vernoemd is staan vetgedrukt.

  1. Jannetje Dircx (trouwde ca 1640 te Rijnsburg met Elias Henricxsz van der Brom)
  2. Willem Eliasz van der Brom (hun zoon, trouwde ca 1665 te Rijnsburg met Grietje Pieters Hogerbaan)
  3. Jannetje Willems van der Brom (hun dochter, trouwde ca 1680 te Rijnsburg met Dirk Gerrits van Egmond)
  4. Gerrit Dirks van Egmond (hun zoon, trouwde in 1716 te Rijnsburg met Jannetje Teun Verpijn)

En nu de andere tak (bij generatie 4 komen ze bij elkaar)

  1. Jannetgen Dircxdr (trouwde ca 1620 te Rijnsburg met Pouwels Abelsz)
  2. Dirk Pouwels Verkijn (hun zoon, trouwde in 1647 te Rijnsburg met Janneke Claesdr van Hollebeecke)
  3. Theunis Dirks Verpijn (hun zoon, trouwde in 1692 te Rijnsburg met Marijtje Florisdr van Burnhoorn)
  4. Jannetje Teun Verpijn (hun dochter, trouwde in 1716 te Rijnsburg met Gerrit Dirks van Egmond )
  5. Willem van Egmond (hun zoon, trouwde in 1766 te Rijnsburg met Grietje Zwaan)
  6. Dirk van Egmond (hun zoon, trouwde in 1798 te Rijnsburg met Gerritje Hogewoning)
  7. Jan van Egmond (hun zoon, trouwde in 1837 te Rijnsburg met Ariaantje van der Meij)
  8. Maria van Egmond (hun dochter, trouwde in 1864 te Rijnsburg met Gerrit ten Donkelaar)
  9. Johanna ten Donkelaar (hun dochter, trouwde in 1888 te Rijnsbrug met Wilem van Egmond)
  10. Janna van Egmond (hun dochter, trouwde in 1924 te Rijnsburg met Johan Schild)
  11. Adriaan Jacobus Schild (hun zoon, trouwde in 1957 te Noordwijk met Ester van der Deijl)
  12. Janna Schild (is dus Annja)

Wat Joep betreft zijn we gauw klaar: die is vernoemd naar zijn opa Johan Schild, en in diens directe voorgeslacht kom je die naam niet meer tegen. Maar als je ervan uitgaat dat Johan hetzelfde is als Jan (of bij een vrouw Janna en Johanna), kun je ook dezelfde lijn als die van Annja gebruiken. In dat geval is Joep dus zowel naar zijn opa als zijn oma vernoemd!

zondag 25 februari 2007

Aad als matchmaker

Dit verhaal gaat over Sita Rijkelijkhuizen en Pieter Verhoeven. Aad schrijft over zijn rol als matchmaker:
"Pieter kwam bij de KLM als assistant Hotel en Catering manager. Hij had een hotelopleiding op het hoogste niveau gevolgd in Lausanne in Zwitserland. Daar ontmoette hij een Thaise medestudente en ze besloten na hun studie naar Thailand te gaan. De hotel industrie was daar booming. De vriendschap liep uit op een teleurstelling, zodoende kwam de KLM in “the picture”
Ik leerde Pieter kennen als een gedegen jongeman. Op Plaswijck woonde ook een chef technische dienst – Joop Rijkelijkhuizen – met zijn vrouw en twee dochters en een zoon. Hun dochters kwamen over in de vakanties. Onder een kop koffie in m’n kantoor zei ik : "Pieter als je echt een vent bent moet je de oudste dochter van Rijkelijkhuizen zien te versieren." Twee dagen later kwam hij naar me toe: “Hé, Aad wat denk je, vanavond ga ik met Sita naar de bioscoop!" En zo is het begonnen. Het resultaat was later hun huwelijk op de Nederlandse Ambassade, met Elsbeth en Annja als bruidsmeisjes en Joep en Sita's broer Robbert als bruidsjonkers. Sita's moeder, die kort na de bruiloft is overleden, noemde mij toen de 'matchmaker".
Op de foto's zie je het bruidspaar, Robbert (het broertje van Sita) en verder natuurlijk Joep, Annja en Elsbeth. Zien de Thaise jurkjes er niet prachtig uit?

ziek in het Bangkok Nursing Home

Ester schrijft over de keren dat Aad en de kinderen in het Bangkok Nursing Home moesten worden opgenomen: "Aad bracht drie keer een tijdje in de Nursing Home door. De eerste keer door een val van z’n paard, dat in een volgelopen gat stapte. Aad zijn sleutelbeen was ontzet en werd weer vast gezet met een pees uit zijn been. De operatie aan zijn been was erger dan die van het sleutelbeen. De tweede keer lag Aad er voor het weghalen van zijn keelamandelen, daar hij geregeld angina had. De derde keer was Aad er een paar dagen voor het elimineren van een lintworm.

Ik kwam er nog een keer terecht, maar niet voor mezelf. Annja en Joep hadden een of ander virus opgelopen en bleven maar overgeven terwijl wat je ze te drinken gaf er met zelfde vaart weer uitkwam. De hele nacht zat ik tussen twee bedden in ieder een theelepeltje vocht toe te dienen. Maar het hielp niet. Weer de dokter gebeld, die zei: ze drogen uit; ze moeten naar de Nursing Home komen. Dus ik heb een paar dagen samen met ze in de Nursing Home gebivakkeerd. Ik sliep bij hen op de kamer. Zij werden meteen plat gespoten en aan het infuus gelegd.. Toen was het leed snel geleden.

Elsbeth heeft er ook nog eens gelegen in de Paasvakantie. Ze klaagde van tijd tot tijd over buikpijn tot op de eerste dag van de Paasvakantie zij buikpijn kreeg, die niet meer wegging. Na vele uren hebben we de dokter gebeld. Mw. Ettinger was er bijna zeker van dat ze blinde darm ontsteking had en zei: kom naar de praktijk dan kan ik haar onderzoeken. Wij woonden drie kwartier rijden van de stad, zoals gezegd. Dus dat was niet naast de deur. Eenmaal daar aangekomen bleek inderdaad, dat Elsbeth blinde darm ontsteking had. Onmiddellijk naar de Nursing Home, en mw Ettinger belde een chirurg Wij hadden dat niet verwacht en stonden verbluft te kijken. Ik met Elsbeth naar de Nursing Home en Aad terug naar huis om kleding en toiletartikelen te halen. De Siamese chirurg kwam bij Elsbeth kijken en vroeg haar het een en ander. Elsbeth kon vlot in het siamees antwoorden. En na een injectie werd zij van de kamer afgereden naar de operatiekamer, mij totaal verbijsterd achterlatend. Ik zei, maar mijn man is er nog niet. Daar wachtten ze niet op. Het was dus echt spoed geblazen. Later zei dokter Ettinger dat het nog maar net op tijd was geweest."

zwaan van ijs

Op maandag 16 november 1964 was het 40 jaar geleden dat de eerste vlucht van de KLM in Bangkok landde (dus op 16 november 1924). Ter gelegenheid hiervan gaf dhr J.W. Bussink, General Manager van de KLM in Bangkok een tuinfeest bij hem thuis. Aad heeft voor dit tuinfeest een koud buffet verzorgd, met daarbij een KLM-zwaan uit ijs uitgehakt. De zwaan maakte zoveel indruk, dat deze in de Bangkok World van 18 november 1964 terecht kwam, op de pagina (17) "Social World" (foto hieronder).


De zwaan was een voorloper op de ijsletters CIAS die Aad later in Singapore uithakte. Aad had het beeldhouwen met ijs vele malen gezien toen hij bij de Holland Amerika Lijn werkte, en heeft zich hier verder in bekwaamd in Bangkok, met name voor de presentatie van kaviaar voor de First Class. Die stukken moesten uiteraard klein van stuk zijn, anders waren ze niet te bergen. Meestal maakte Aad iets van twee vissen, een theelichtje, een klein zwaanje of iets dergelijks, altijd met een uitsparing voor de caviaar. Hieronder zie je nog meer foto's van een voedselpresentatie van 11 februari 1965. Links bovenaa weer een zwaan; nu van achteren gezien. Klik op de foto's om een grotere versie te bekijken.

felicitatietelex bij 25 jaar werken voor de KLM

Deze telex werd op 16 december 1981 door station manager Joe Smith voorgelezen ter gelegenheid van het 25 jarig dienstjubileum van Aad bij de KLM. Klik op het plaatje om een grotere versie van het gedicht te lezen.

donderdag 22 februari 2007

bevallen in het Bangkok Nursing Home

Op deze foto's (klik erop voor een grotere versie) zie je het Bankok Nursing Home. Op de eerste twee foto's het uitzicht vanuit en op het Home. Op de tweede foto zie je boven de ingang iets wits: daar lag Ester op het balkon.
Ester schrijft zelf over het Nursing Home het volgende: "Het Bangkok Nursing Home was eigenlijk een verpleeghuis waarheen huisartsen hun patiënten stuurden voor bevallingen en operaties. Bij bevallingen kwam de eigen huisarts assistentie verlenen, bij operaties werd meestal een Siamese chirurg ingeroepen.
Voor de KLM fungeerde het echtpaar Ettinger als huisartsen. Mevr Ettinger was onder andere verloskundige. De Ettingers hadden jarenlang in China een praktijd gehad, maar zijn gevlucht met achterlating van praktisch alles toen het daar te heet onder hun voeten werd. Dit was tijdens de Chinese revolutie, waarbij Mao en de communisten in 1949 aan de macht kwamen. De Ettingers hebben daarna in Thailand een nieuwe praktijk opgebouwd.
In noodgevallen althans voor de mensen, die op Laksi woonden, gingen we naar het militair hospitaal, dat achter het vliegveld Don Muang lag of ligt. Dat was voor ons veel dichter bij. Ook haalden we daar onze injecties als we weer op reis gingen naar Nederland."

De foto's hieronder zijn van Aad met Elsbeth, Ester met Elsbeth en Ester.
Ester schrijft verder: "Onze kinderen zijn in het Bangkok Nursing Home geboren. Elsbeth als eerste kind. Omdat wij 3 kwartier rijden van de stad Bangkok woonden, zei dokter Ettinger steeds als ik voor controle kwam: denk er om als je maar iets voelt, onmiddellijk komen. Nou dat is ook gebeurd. ’s Morgens al aardig vroeg waren we op weg; ik ging er fluitend heen. De arts dacht dat het wel even zou duren voor dat bevalling begon, maar dat had ze mis, want in een mum van tijd was de geboorte in volle gang. Boven m’n hoofd hing een snoer met een bel, die ik als een gek indrukte. Toen zag ik ze allemaal naar de verloskamer komen, doordat de verloskamer dwars op het gebouw stond en alles open was, met veranda’s.

Annja is geboren om plm 9 uur ’s morgens en Joep eigenlijk ook. Die bevallingen gingen een stuk beter. Joep kwam op de derde verjaardag van Annja. Die had daardoor een slechte verjaardag en begreep er niks van."

woensdag 21 februari 2007

ja ik wil

Hier zie je Aad en Ester elkaar de rechterhand geven, vlak voordat ze elkaar het jawoord geven in het gemeentehuis.

geboorteakten Aad en Ester

Hierboven zie je de geboorteakten van Aad en Ester. Klik op een akte om een grotere versie ervan te bekijken. Aad werd in Rijnsburg geboren, en zijn opa Willem van Egmond tekende als getuige de geboorteakte. Ester werd in Noordwijk heboren, en haar oom Piet van der Deijl tekende als getuige de geboorteakte. Er komen nog aparte stukjes over hun jeugd.

taart voor Bangkok Nursing Home

Aad schrijft zelf het verhaal achter deze prachtige taart: "Ester heeft bij al haar bevallingen gebruik gemaakt van het Bangkok Nursing Home. De Matron daar, mw Mathon, was een Australisch dame: een zeer indrukwekkende verschijning. Dagelijks ging ze alle kamers af, en als ze dan je kamer binnen ZEILDE met een kraakhelder wit gesteven uniform aan, was de kamer gelijk gevuld. Ze was ook erg ter zake, en vriendelijk. Toen de matron van het Nursing Home begin 1963 ging trouwen met de Directeur van de Hongkong en Shanghai Bank, vroeg General Manager dhr Pim Tange of ik een weddingcake wilde maken. Dat heb ik toen gedaan. Er was in die tijd niets voor dit doel te koop, dus ik moest al het decoratiemateriaal zelf maken en ontwerpen. Uit dankbaarheid voor wat ze voor ons betekende, met extra veel aandacht en plezier. De weddingcake stond gedresseerd op een tafel van 90 bij 90 cm. Op de tafel lag een spiegel. De taart was rondom bekleed met zijde en tule van de bruidsjapon van Ester, en de etages waren met wit kant afgewerkt. Ziehier het resultaat.
Hieronder zie je een lijstje met de gebruikte decoraties, met tussen haakjes waar je die decoraties op de foto's kunt zien: je telt de lagen van beneden naar boven):
1x bruidspaar (laag 4)
6x herauten te paard (laag 1)
12 x hart met pijl (laag 4)
12 x cupido's (laag 3)
12 x witte ringen (ineengestrengeld: laag 1 en laag 4)
12 x witte hoefijzers (laag 2)
12 x scheepjes (laag 2 en 3)
20 x duifjes mogelijk zijn die op een andere manier verwerkt
70 x witte rozen (alle lagen)
bruidstranen (een soort bruidssuikers)
kant
tule
dragon bekleding
spiegel op tafel

dopen Elsbeth, Annja en Joep

Aad en Ester waren in Bankok lid van de International Church of Bangkok, waar zij ook hun kinderen lieten dopen. Op de eerste foto zie je de doop van Elsbeth, op 11 januari 1959. De predikant is ds Tucker. Op de tweede foto zie je de doop van Annja, 23 oktober 1960. De predikant is ds Douglas Vernon. Op de derde foto zie je Joep in doopjurk samen op de foto met de rest van het gezin. Joep is in augustus 1963 in de Wattana Church, 67 soi 19, Sukhumvit, Bangkok gedoopt door Ds. D.Taylor Potter. Er is tijdens die dienst geen foto gemaakt. Het was in beide kerken in Bangkok niet de gewoonte dat er tijdens dedoopplechtigheid foto's gemaakt werden, maar er was begrip voor het thuisfront, dus maakte men foto's na de dienst. Dat was bv op Curacao in de" Fortkerk" wel anders veel familie die met camera's stonden te fotograferen. Dit ontlokte een predikant de volgende opmerking: "Het valt mij op dat er wel foto opnamen gemaakt worden, maar geen audio opnamen." Helaas is de exacte doopdatum van Joep niet teruggevonden.

vrijdag 16 februari 2007

afscheidsdefilé koningin Juliana

Op 30 april 1980 hield koningin Juliana op paleis Soestdijk haar afscheidsdefilé. De KLM vroeg Aad de organisatie van het keukengedeelte te verzorgen als onderdeel van de totale KLM presentatie. Het een houten wereldkaart van 6 bij 7 meter, met daarop in de vorm van een grote letter J gerechten en dranken van alle 25 landen waaraan de koningin een staatsbezoek had gebracht. De zwart-witfoto en de Engelse tekst komen uit de Wolkenridder, de interne KLM-krant. Klik op de foto's om een grotere versie te bekijken.

Aad schrijft over deze gebeurtenis: "Toen mijn Moeder dit hoorde, vroeg ze of ik mijn drie onderscheidingen wilde dragen en dat heb ik gedaan. Ik vond het zo ontzettend leuk dat ik dit voor mijn Moeder kon doen. Toen er een paar dagen later een diapresentatie was in de vergaderzaal van de KLM catering, zat er een jonge dame voor me (mw.Wijfels). Ze zei: "Dan moet je wel gek zijn om zulke dingen op te spelden." Ik lachte in mijn vuistje; ik weet hoe mooi mijn Moeder het gevonden heeft. Ik dacht bij me zelf: Laat dat ei zonder zout maar kletsen”. Dit is allemaal ook uitgebreid op tv geweest.

de laatste klus

Van maart 1990 tot december 1993 was Aad samen met Ester op Curaçao om de catering op te zetten voor het vliegveld Albert Plesman (ook wel bekend als het Hato International Airport). Zijn functie heette "Coordinator Training & Projects Catering''.
Aad schrijft: "De opzet was de inrichting van de nieuwe catering en de training van het personeel. Toen ik op Curacao aankwam bestond de catering alleen op papier met een voor de ALM te hoge investering: ruim 21 miljoen Antiliaanse guldens. Na enkele vergaderingen kwam ik daar achter en adviseerde ik de heer Cerillo Koolman – catering manager van de ALM – om de heer Hans de Bruin - boardmember van de ALM en Directie medewerker van de KLM-, die op dat moment aanwezig was te contacten en een beroep te doen op Andre Dekker van de KLM gebouwendienst op Schiphol. Dat werkte !! Twee dagen later lag er een telex of de heren Koolman en Schild (met de benodigde papieren) die maandag daarop om 9.00 uur verwacht werden in de vergaderzaal van de KLM catering op Schiphol. Er werd berekend wat de huidige productie en die over 10-20 jaar zou zijn; de functies die er uitgeoefend zouden worden. Op zaterdag lag er gedetailleerd plan met tekeningen klaar. De directeur van de ALM, toevallig die dag in transit, gaf hierop zijn voorlopig accoord.
De bouwbedrijven, die op dat moment op Schiphol voor de KLM actief waren, werden uitgenodigd voor een aanbesteding. Ballast Nedam kreeg uiteindelijk de opdracht voor een bedrag van 9 miljoen Antiliaanse guldens. Deze totstandkoming was te danken aan ing Andre Dekker en ing Bert Hilhorst. De heren Piet Glajaard, hoofd catering KLM Schiphol en Ed Bos, Hoofd algemene zaken van KLM catering, gaven hun volle medewerking aan dit project. Toen de KLM catering kort daarop ging verhuizen van centrum naar noord, heb ik veel equipment overgenomen voor een vriendenprijsje.
Vooruitlopend op de uiteindelijke inrichting hebben we een technische man, die bij MARFO in Lelystad werkte, aangetrokken. Hij had veel ervaring o.a. met groot keuken equipment, deze heer Veeres. Met hem heb ik verschillend equipment gekocht. In Duitsland “Meiko” afwasmachines; op de bakkerijbeurs in Utrecht ovens, deegmachines en doseer apparatuur etc. Hero de Groot uit Bodegraven leverde al het benodigde klein keuken equipment alsmede transportbanden, broodsnijmachines etc.
Als sluitstuk kregen de heren Dekker en Hilhorst, die tijdens de voortgang van de bouw regelmatig overkwamen, het voor elkaar, dat er een lening bij de Europese Investering Bank tot stand kwam tegen een zeer lage rente.
De tekening van het cateringgebouw kreeg ik bij mijn afscheid van Renee Overdevest, de uitvoerder van Ballast Nedam." Klik op de tekening om een grotere versie te bekijken. In december 1993 kwamen Aad en Ester terug naar Nederland, nu voorgoed.



Op de foto's (klik erop om een grotere versie te bekijken) zie je de volgende personen:
Foto links: Premier Maria Liberia-Peters feliciteert dhr Koolman, Hoofd Catering van de ALM, met de legging van de eerste steen van het Cateringgebouw. Dat is geweest op 25 januari 1993.
Foto rechts: Ester praat met een vertegenwoordiger van de KLM-directie.


Foto links: Van links naar rechts: Ed Bos (Hoofd Algemene Zaken KLM Catering), Piet Galjaard (Hoofd KLM Catering Schiphol) en René Overdevest (uitvoerder voor het project namens Ballast Nedam).
Foto rechts: Piet Galjaard (Hoofd Catering KLM Schiphol) houdt een toespraak.
Hieronder nog een stukje uit de "Amigoe" van 26 januari 1994. Aad een Ester waren toen alweer in Nederland. Klik op het bericht om er een grotere versie van te bekijken.

werk in the USA

En opnieuw werd Aad uitgezonden, deze keer naar de USA. In 1987 werd Aad Manager Food Services North America tot zijn pensioen op 1 januari 1990. Het gebied dat Aad mocht managen bestreek alle bestemmingen in de USA en Canada tussen Houston en Anchorage.

De foto is gemaakt tijdens een Kerstmaaltijd, die Mariott Catering in Toronto voor alle klanten had georganiseerd. Linksvoor zit Aad, met tegenover hem dhr Lesley (Station Manager Toronto, met de gouden strepen op zijn mouw).

Aad schrijft over zijn werk in deze periode het volgende: "Dat betekende hard werken, na een rondgang langs de stations met m'n collega Neil LaFerlita (die over het catering equipment ging) (zie kaartjes). Mijn eerste gedachte was: de kwaliteit moet verbeteren. Dat kon alleen door intensief te controleren en nieuwe menu's voor te stellen. Jan Jansen was manager USA/Canada voor het afsluiten van contracten. Hij was verantwoordelijk voor het budget en was dus present bij alle voedselpresentaties. Deze presentaties waren er regelmatig. Helaas zijn er momenteel geen van deze foto's beschikbaar. Deze foto’s stonden in speciaal daarvoor bestemde handboeken en die moest ik achterlaten.
Het ontwerpen van de menu's deed ik zo mogelijk vooruit. In dat geval maakte ik afspraken met leveranciers voor b.v. vlees, brood etc. Als deze menu's gekozen werden, werden zij over de USA stations verscheept. Zo maakten we regelmatig Indonesche rijsttafelgerechten voor de first class, in Writghtstown. Dat duurde een week. Ook deze werden over alle stations verdeeld. Voor deze productie kreeg ik assistentie van een kok van Schiphol en een kok van Ogden Allied, die daar een keuken had/heeft.
Deze keuken was daar ontstaan tijdens de Vietnam oorlog. In Wrightstown staan twee enorme militaire bases, en één daarvan is de bekende vliegbasis MacArthur. Gedurende de Koeweit oorlog van Bush senior zaten de schaarse hotels mudvol met vooral jonge vrouwen, die hun mannen zolang mogelijk wilden zien voor het afscheid. Wat me verder is bijgebleven: In een van de hotels was een stand met een "footlong note from home". Dit was een rol schrijfpapier waarop een ieder de mannen aan het front moed etc insprak. Het was ontroerend als je zag wat daar allemaal opstond.
Maar nu het reizen. De meeste vluchten begonnen vanaf La Guardia Airport. Dit gebeurde nagenoeg wekelijks (ons kantoor was in the flightkitchen van de Fa. Ogden op JFK Airport). Naar La Guardia had ik een vaste taxi chauffeur: Sandy. Ik nam altijd de eerste machine, dus stond Sandy meestal om plm. 0.500 uur voor de deur. Ik reisde altijd "ïndien plaats beschikbaar"! Maar op enkele uitzonderingen na, ging dit wel goed. Op de terugweg nam ik vaak taxi-pendelbusjes en op de stations van aankomst belde ik de cateraar om me op te halen. Zo ging dat.
Van La Guadia is me een ding bijgebleven. Al die jaren dat ik daar kwam, zat er een man " in de hal", keurig gekleed met een diplomatenkoffertje naast hem. Altijd lezend of met papieren in zijn hand. 's Morgens vroeg maar ook 's avonds laat."

toegevoegd Hoofd Keukens en CDU

Terug uit Singapore in Nederland werd Aad in oktober 1982 eerst toegevoegd aan het Hoofd Keukens (Henk Janssen), vervolgens een half jaar lang Chef Dienst Uitvoering, en daarna tot 1987 weer toegevoegd aan het Hoofd Keukens.

Aad schrijft over zijn terugkomst naar Schiphol het volgende:
"Bij mijn terugkeer uit Singapore eind 1982 speelden er twee voor mij belangrijke zaken: opvolging hoofd keukens en de reorganisatie van de catering. Ik solliciteerde naar de functie Hoofd Food. De advertentie waarop ik solliciteerde bleek echter een formaliteit (een verplichting door en voor de KLM voor interne sollicitaties). Het scheidende Hoofd Keukens had Henk Janssen schriftelijk toegezegd, dat hij hem zou opvolgen. Een kopie van deze brief zat in de file, waar wij normaal toegang toe hadden. Ik heb dan ook een kopie van die brief achter mijn sollicitatie gedaan. Maar zoals altijd, gedane zaken nemen geen keer! Ik heb mij dan ook uiterst loyaal achter Henk Janssen opgesteld. Het was niet hij, maar z’n voorganger, die overijverig was geweest. Maar de bedrijfsleiding kon niet om mij heen. In de opvolging van die aanstelling was een reorganisatie in de Catering op handen. Nagenoeg de gehele reorganisatie heb ik op papier uitgewerkt en geïntroduceerd. Let wel, de normale productie ging gewoon door. Dit kon Henk Janssen er gewoon niet bij hebben. Vandaar dat ik op verzoek van de bedrijfsleiding aan het Hoofd Food werd toegevoegd. Dit bleef zo tot eind 1987."
Op de foto's hierboven zie je de sollicitatiebrief van Aad. Klik erop om een vergroting te bekijken en om te lezen welke dingen hij allemaal gedaan heeft. Op de foto's hieronder zie je Aad op zijn kantoor en Henk Janssen.
Als CDU afd food was Aad tijdens zijn wisseldiensten verantwoordelijk voor alle afdelingen die met voedsel of met het servies ervan omgaan. Met andere woorden: vanaf na de goederenontvangst tot de aanlevering aan de afdeling non food (transport).

De reorganisatie van de catering speelde later: in 1985/1986. Er moest een nieuwe keuken komen. Aad en Henk Janssen hebben toen een voorstel gedaan om het anders te doen. Daar had men wel oren naar, en zodoende werden ze erbij betrokken. Helaas werkten aan dat plan ook een paar mensen die niet met elkaar communiceerden, en dat moet je niet hebbent met zo'n gigaproject. Ria Lubbers sloeg de eerste paal de grond in, met een bouwhelm op haar hoofd. Een leukigheidje: alle genodigden kregen een platgeheide eetlepel. Kijk ook eens op de site van de KLM Catering Services (de officiële site) en op KLM Catering Services (de niet officiële, met veel foto's en filmpjes). Op de foto zie je de uitnodiging voor deze gelegenheid.
Aad schrijft zelf nog over de nieuwe keuken: "Wat wij beoogden, was een goede flow van goederen naar de voorbereidende afdelingen, door naar de productie afdelingen, en verwerkingsafdelingen tot de gereedstelling voor transport (belading). Alles met aangeving van hoe en waar aanleveringen moesten plaatsvinden. Dit schematisch opgesteld. Met Jan Bunt viel goed te praten en hij heeft die lijn in overleg met ons tot een goed einde gebracht. Het is alleen jammer dat de keuken nu dicht is. Wat er nog aan board verstrekt wordt, wordt aangekocht: e.e.a naar Amerikaans voorbeeld. Maar van alle kanten hoor ik dat het eten wat je voorgeschoteld krijgt slecht is. Nu lees ik in de kranten dat de KLM er iets aan gaat doen.
Ik citeer: "Sociale soep bij KLM. KLM,Lufthansa en bmi kondigden onlangs "revolutionaire wijzigingen aan boord aan. KLM hoopt dat het nieuwe eten passagiers dichter bij elkaar brengt." Op een foto zie je dan het grote nieuws: een 1/1 plateau met rauwkost salade, een gebrandmerkte borst van kip met broccoli en pasta en een stuk taart.
Op porselein dus voor business class pax. De bedoeling is dat de passagiers met elkaar gaan praten over de maaltijd: hoe ze de hoofdschotel en de salade zullen tackelen. De kip snijden, met een airline tafelmesje lukt niet, dan maar de salade waar ook al broccoli op ligt maar dan als rauwkost, en grof gesneden peen. De reporter vroeg of het niet naar gebakken lucht riekte. Als ik mocht adviseren: haal een paar ouwe vaklui terug, en laat die u adviseren met schotels als Cantonese duck die zelfs beter was als in China, en als er toch soep geserveerd moet worden een Potage Sieberen (daar krijgen ze nooit genoeg van). Jammer dat dit moest gebeuren! De keukenervaring van 80 jaar is weg, en nu zijn ze bezig met een ontwerpbureau.... Maar, Last but not least: KLM stands for Keep Loving Me !!!"

In deze periode (tussen 1982 en 1987) ging zoon Joep ook op Schiphol werken. Joep begon als vakantiehulp in de opdek samen met nog een paar Noordwijkse jongens. Joep wilde naar het productiekantoor en dat lukte hem, maar hij moest nog wel z'n scriptie voor de laboratoriumschool afmaken. Dus vertelde Aad dat aan Joep z'n afdelingschef, en die zette hem onder druk. Dat werkte!! Joep heeft niet bij Aad gewerkt. Die afdeling kwam pas later onder de afdeling Food.

Deze foto is gemaakt toen Aad afscheid nam op Schiphol. Klik erop om een grotere versie te bekijken. Van links naar rechts zie je: Gerard Huber, Bram Molleman en Aad zelf. Aad schrijft hierover: "De man met blauwe halsdoek is een collega ACDU, Bram Molleman, een allround vakman. Gerard Huber, een collega CDU afd non food, is een pracht kerel. Met Gerard maakte ik een dienstreis naar Hongkong, voor kennis making met de Cathay Pacific. Op een dag werden we uitgenodigd voor een seafood dinner. Dit uitstapje was heel, heel bijzonder. Zo voeren we 's avonds met een tsjoeke tsjoek bootje over naar Kowloon: een prachtig gezicht met al die verlichte bootjes en de verlichte wolkenkrabbers. Enig gewoon. Daar aangekomen waren er heel veel kraampjes en stalletjes met talloze aquaria van klein tot zeer groot met allerlei soorten vis, kreeften en schaaldieren: alles springlevend. Onze gastheren kozen de mooiste soorten uit. Sommige, bv kleine kreeftjes die ze beslist wilden hebben, kwamen van onder de toonbank: dit alles bij verschillende verkopers. Bij deze vismarkt waren verscheidene restaurants. De gastheren vertelden naar welk restaurant het moest worden gebracht. Als de dieren daar gebracht waren vroeg een kelner hoe het eten opgediend moest worden. In één woord: geweldig! Dat is nog eens chinees eten!"